“Komend seizoen ligt de focus van het onderzoeksproject ‘Veen, Voer en Verder’ op lisdodde, met name op de opbrengstpotentie in kwantiteit en kwaliteit en de benutting van lisdoddekuil door koeien. De opbrengst van lisdodde, en de waarde daarvan, staat namelijk aan de basis van het verdienmodel. In Duitsland zijn opbrengsten geregistreerd van 18-22 ton droge stof per hectare in het 3e jaar na aanplanten. Is dat in Nederland ook haalbaar? Dit jaar onderzoeken we hoe de opbrengst gemaximaliseerd kan worden.”, aldus projectleider en onderzoeker Nick van Eekeren (Louis Bolk Instituut).
Nick van Eekeren licht toe: “De afgelopen twee jaar hebben we in het onderzoeksproject ‘Veen, Voer en Verder’ veel kennis en ervaring opgedaan omtrent natte teelten in het veenweidegebied. Het perspectief van diverse natte teelten, zoals lisdodde, riet, miscanthus, wilg, wilde rijst en pijlkruid is verkend. Lisdodde komt naar voren als meest perspectiefvol. Maar wat is de maximale opbrengst en de maximaal haalbare voederwaarde van lisdodde? De opbrengst van lisdodde en de waarde daarvan, staat namelijk aan de basis van het verdienmodel. Daarom pakken we deze vragen dit jaar op, door de invloed van bemesting en oogstadium op de opbrengst te onderzoeken. Oogsten voor de bloei levert de gunstigste voederwaarde, en daarna kan ook de hergroei geoogst worden. Naast het bepalen van opbrengstpotentieel voor de verschillende gebruiksdoeleinden wordt er een voederproef met droge koeien en melkkoeien uitgevoerd. Belangrijk in het geheel zijn ook de metingen aan de emissies van broeikasgassen vanuit natte teelten en het inzichtelijk maken van milieukosten via een zogenaamde Life Cycle Assessment.”
Voor meer informatie over het onderzoeksproject ‘Veen, Voer en Verder’ kunt u contact opnemen met projectleider Nick van Eekeren via N.vanEekeren@louisbolk.nl