2. Veldmetingen lisdodde

Lisdodde neemt meer fosfor op dan na vernatting vrijkomt

5 april 2018 | Bericht

Vernatten van veenbodems leidt normaal gesproken tot het vrijkomen van fosfor uit de bodem, tot wel 30 kilogram fosfor per hectare. Hierdoor wordt het oppervlaktewater verrijkt, met algengroei en fosfor uitspoeling tot gevolg. Uit veldmetingen en experimenten blijkt dat lisdodde in staat is om 20-80 kilogram fosfor per hectare op te nemen. 

De fosfor opname door de lisdoddeplant is afhankelijk van de stikstofbeschikbaarheid. Stikstof is de sturende factor voor de groei van lisdodde en dus wordt de fosfor opname door de plant ook hoger als er meer stikstof beschikbaar is.

Het voordeel hiervan is dat alle fosfor die vrijkomt na vernatten, opgenomen wordt door de lisdoddeplanten. Daarnaast kunnen de planten nog extra fosfor opnemen uit voedselrijk inlaatwater en uit de veenbodem, waardoor uitspoeling van fosfor wordt tegengegaan. In Zweden werd op deze manier met subsidies uit het Europees Plattelandsontwikkelingsprogramma (POP-subsidies) al 5.300 hectare aan zuiveringsmoerassen aangelegd in intensief landbouwgebied, waarin bij voldoende nutriëntenaanvoer jaarlijks per hectare 300-340 kg stikstof en 30-45 kg fosfor wordt verwijderd. In de Verenigde Staten worden in vergelijkbare zuiveringsmoerassen duurzame verwijderingssnelheden van 400 kg stikstof en 50 kg fosfor per hectare per jaar bereikt.

De oogst van lisdodde in de zomer, tussen eind mei en begin september, leidt tot de afvoer van de meeste nutriënten. Een oogst in de vroege zomer kan gebruikt worden als veevoer, omdat de eiwitgehaltes dan het hoogst zijn. Wanneer later in de zomer geoogst wordt, kan de biomassa gebruikt worden voor biogas of als structuurvoer. Het nadeel van een zomeroogst is echter dat er dan onzekerheden zijn over de nutriëntenbalans en de hergroei op langere termijn.

Lisdodde die in de winter geoogst wordt, bij voorkeur na een vorstperiode, kan gebruikt worden als isolatie- of bouwmateriaal, omdat het vochtgehalte dan het laagst is. Bovendien wordt er in de winter nog steeds een significante hoeveelheid nutriënten verwijderd (5-10 kg fosfor per hectare). Afhankelijk van de kwaliteitseisen (denk aan voederwaarden of vochtgehalten) zal het oogstmoment tot verschillen in de afvoer van nutriënten leiden. Het blijft dus een afweging tussen de verschillende mogelijke toepassingen en de wenselijkheid om nutriënten uit oppervlaktewater en bodem te verwijderen.

Voor meer informatie over de fosforopname van lisdodde, neem contact op met Jeroen Geurts (Radboud Universiteit), via J.Geurts@science.ru.nl