Waarom?
Nieuwe maatschappelijke spelregels vragen om innovatieve oplossingen voor toekomstgericht ondernemerschap op veen. Huidige beperkingen op o.a. juridisch, sociaal en financieel gebied staan echte innovaties in de weg. Er is ruimte nodig om zonder die beperkingen 15 – 20 jaar vooruit te springen.
Hypothese
- Er is geld te verdienen op veen met nieuwe en andere producten en diensten dan (alleen) melkveehouderij, binnen de context van maatschappelijke behoeften en opgaven.
- Met innovatieve business concepten kunnen verborgen maatschappelijke kosten worden voorkomen.
Meer over JUMP
Aanpak
We gebruiken de inzichten en zoekvelden uit de onderzoeksfase KIEM, als vertrekpunt voor de sprong vooruit. Niet naar één, maar naar verschillende toekomsten en scenario’s waarin ruimte is voor ondernemerschap op veen. De concepten die we ontwikkelen raken aan onderstaande zoekvelden (maar kunnen ook een nieuw zoekveld creëren):
- Ondernemen met vee op veen, volledig in balans met de natuur
- Maximale melkproductie op veen, emissie-loos en optimaal diervriendelijk
- Kringloop-ondernemen op veen met diverse activiteiten
- Natuur als basis voor ondernemen op veen
- Ondernemen met intensieven energieproductie en CO2- opslag op veen
- Lokaal ondernemen op veen met (klimaat)diensten voor de stad
- Grootschalige grondstoffenproductie op veen
- Ondernemen met waterberging, -buffering en -zuivering op veen
De ontwikkeling van de businessconcepten verloopt volgens het innovatie-funneling proces: er wordt begonnen met veel, heel veel verschillende gedachten die snel en oppervlakkig worden onderzocht. De gedachten die kansrijk blijken na eerste validatie worden vervolgens verder geïnnoveerd naar stevigere ideeën die aan kansrijkheid hebben gewonnen. Uiteindelijk blijft er een aantal zeer kansrijke concepten over als uitkomst van dit proces.
Systemische lange termijn innovatie vraagt om een gestructureerde aanpak, dat doen we via 3 parallelle stromen:
- Concepten: we ontwikkelen en valideren stap-voor-stap een aantal business concepten binnen de KIEM-zoekvelden. Daarbij maken we gebruik van het Business Model Canvas (BMC).
- Componenten: via 20 – 100 innovatiesprints (proefprojecten en/of experimenten) per jaar, innoveren of ontwikkelen we componenten voor de business concepten.
- Context: we toetsen en plaatsen de zich ontwikkelende concepten in denkbeeldige (maar concrete) en toekomstige veengebieden in Nederland en Europa.
In onze innovatieaanpak
- Werken we iteratief: in kleine stapjes – die steeds groter worden – werken we naar een steeds betere versie (via prototypen, valideren en bijsturen);
- Kijken we breed: we pakken zoveel mogelijk aspecten van een business op, zoals wetgeving, publieke opinie, technische mogelijkheden, financieringsruimte en ketendynamiek;
- Werken we samenwerkingsgericht: alleen door met heel veel verschillende soorten partijen te innoveren en valideren werkt de aanpak van iteratie en brede blik;
- Leren we van falen: veel ideeën zijn interessant totdat blijkt dat dat niet meer zo is. De kennis waarom dat dan zo is, is zeer relevant voor ons innovatieproces.
Winstwaarschuwing
De business concepten in JUMP zijn niet ‘klaar voor gebruik’. Het zijn concepten waar de voorwaarden (juridisch, wettelijk of sociaal) nog voor ontbreken. Ook zijn ze nog niet toegespitst op verschillende gebieden of uitsluitend toepasbaar op veen. In de vervolgfase BASE komen deze aspecten aan de orde.
Downloads
Resultaten
1e feedback-bezoek sparringgroep
De eerste bezoekers van de nieuwe JUMP Concept Room waren de leden van de sparringgroep (medewerkers van ministerie, provincies, waterschappen en diverse maatschappelijke partijen). Net als in de onderzoeksfase KIEM, leveren zij waardevolle feedback op de stappen die we zetten, op weg naar nieuwe business concepten op veen. Het ‘in de vrije ruimte-zijn’ geeft ook aan de sparringgroep letterlijk ruimte om breed te kijken en associëren. Hun verschillende achtergronden, kennis en ervaring levert goede gesprekken, kritisch vragen en inspiratie op om op door te gaan. Wordt vervolgd.